Zusters van het Kostbaar Bloed

 

De zusters van het Kostbaar Bloed 


Toen het eerste team van vier Mariannhillers, met het missiemandaat van Paus Johannes XXIII op zak, in 1960 met de uitvoering van hun opdracht was begonnen in Lae, de hoofdstad van de Morobe provincie die hen als missiegebied was toegewezen, werd het hen meteen duidelijk dat daar niet alleen mannenwerk te verrichten was. De sociale situatie van de vrouwen, gebrek aan onderwijs voor kinderen, povere medische bijstand voor jonge moeders en kinderen schreeuwden om adequate zorg.

De gedachte ging als vanzelf uit naar de Missiezusters van het Kostbaar Bloed (CPS) als eventuele partners in het missiewerk. Deze vrouwelijke missionaire gemeenschap is al vanaf hun ontstaan nauw met Mariannhill verbonden door hun gemeenschappelijke grondlegger, Abt Franz Pfanner. Ofschoon beide religieuze gemeenschappen onafhankelijk van elkaar in Zuid Afrika zijn ontstaan en ieder hun eigen ontwikkeling hebben doorgemaakt, zijn ze toch meer dan eeuw als missionarissen elkaars partners in het missiewerk geweest van de Kerk. Sinds jaren bestaat er een goede en effectieve verhouding tussen elkaar, die vooral in gemeenschappelijk uitgevoerde diensten op verschillend terrein en in meerdere instellingen tot uitdrukking komt. Vooral in de Afrikaanse regio’s is deze missionaire samenwerking vanaf het begin een niet weg te denken constructieve factor geweest in het uitvoeren van de gemeenschappelijke missieopdracht van de Kerk. Sinds ruim 35 jaren zijn de hoofdbesturen van beide congregaties onder een gemeenschappelijk dak gehuisvest in Rome.

Het besluit van het CPS hoofdbestuur om zusters naar Papoea Nieuw Guinea te sturen werd al in 1961 genomen, een jaar na de aankomst van de vier eerste Mariannhillers, waarvan Pater Ton Mulderink nog de enige overlevende is. Een team van Nederlandse en Duitse CPS zusters had zich al voor de 2e Wereldoorlog in Indonesië op het eiland Madura bij Java gevestigd. Tijdens de oorlog werden de Nederlandse Zusters geïnterneerd door de Japanse bezetters. Toen Indonesië in 1949 onafhankelijk werd van Nederland, bleef evenwel het gebied op de westelijke helft van Nieuw Guinea verder onder Nederlands bestuur. Daarom verlieten de CPS zusters hun missie in Indonesië en zetten hun werk voort in het toen nog Nederlands Nieuw Guinea.

Dit eiland waarvan de oostelijke helft sinds 1975 als Papoea Nieuw Guinea onafhankelijk is van het Australisch beheer, is etnologisch en geologisch totaal verschillend van de Indonesische archipel en behoort tot de Melanesische eilanden. Na een gemanipuleerd referendum onder de bevolking in 1969 nam Indonesië het bestuur over als een heden genoemde Indonesische provincie West-Papoea. In 1991 hebben de Zusters van het Kostbaar Bloed daar hun missiewerkzaamheden beëindigd en keerden naar Nederland terug. Een van de zusters, Anno Hylkema, heeft zich later nog enkele jaren in Bulolo PNG ingezet en een naaiatelier begonnen voor het welzijn van de vrouwen daar.

Het eerste team van drie zusters arriveerde in Lae in 1962. Onder hen was zuster Godelief Leyten, die na meer dan 50 jaar veelvoudige taken met veel succes heeft uitgevoerd. Nu is ze sinds enkele jaren nog zeer actief bezig is in het Missieklooster Heilig Bloed, tevens het moederklooster van de CPS Congregatie in Aarle-Rixtel.
In 1964 arriveerde zuster Clemence Klever, de enige van de oude garde, die nog steeds zeer nuttig bezig is op de hoofdstatie St. Mary in Lae, waar ook Canadese bisschop Christian Blouin CMM resideert. Van de overige zusters werkzaam in het bisdom Lae noemen we alleen de twee overleden zusters. Zuster Margret Nabben die na haar terugkeer naar Nederland in 2008 het missieklooster in Aarle-Rixtel gestorven is en zuster Paul-Marie van de Heykant die in 1969 het team versterkt had, en plotseling op 2 januari 1993 stierf bij het vliegveld van Lae; zij is de eerste en enige CPS zuster die op het kerkhof van de St. Jozef statie begraven is naast de Mariannhillers, Bisschop Henry van Lieshout en pater Hubert Hofmans.

Ook jonge en actieve missionarissen worden oud. Daarom werd het tijd dat er na een halve eeuw nieuwe krachten aangetrokken werden om het goede werk van de eerste generatie CPS Zusters in Papoea Nieuw Guinea voort te zetten en uit te bouwen. Nadat door toedoen van bisschop Henry van Lieshout in de wijk Kamkumun de ’Clinique of Merci’ was gesticht, ontstond er een grote behoefte aan gekwalificeerd medisch personeel. De eerste nieuwe generatie zusters arriveerde in april 2009 in de week van de viering van het 50 jarig bestaan van het bisdom, opgericht door Johannes XXIII in 1959. De nieuwkomers waren zuster Soun H. Tsang van Zuid Korea, zuster Henriquetta Muchate van Mozambique en zuster Elizabeth Ncube van Zimbabwe. Zij werden gehuisvest in een nieuw ingericht gebouw op het terrein van het Mariannhill huis in de wijk Eriku.

Over de huidige situatie van de CPS Zusters geeft de teamleidster zuster Henriquetta een goed beeld in haar Kerstrondbrief aan het eind van het jaar 2014.

‘Onze communiteit is momenteel tijdelijk van vijf tot vier leden gereduceerd (niet meegerekend zuster Clemence die op de St. Mary statie woont. Wij hopen enkele nieuwe, vooral jonge zusters, te kunnen aantrekken om met nieuwe roepingen onze weg verder te gaan. Wij geloven dat dat zeer belangrijk is voor de toekomst van CPS zusters in PNG.
Onze pionier-zuster Clemence, is ondanks haar - in vergelijking met ons - gevorderde leeftijd nog erg actief bezig. Zij is niet alleen onze oudere zus maar ook onze moeder van wie wij allemaal woorden van ondersteuning en aanmoediging ontvangen. Het is een zegen om zuster Clemence bij ons te hebben. Soms is haar gezondheid zorgelijk, maar wanneer zij zich weer herstelt, toont ze zich steeds weer even energiek als voorheen. Wij danken God voor de gift van zuster Clemence onder ons.

Zuster Soun (Zuid Korea) is verantwoordelijk voor de diocesane afdeling van financiën; geen gemakkelijke taak, vooral wanneer er niet genoeg geld is en rekeningen en de salarissen op betaling liggen te wachten. Maar er gebeurt altijd weer een wonder en tot nu toe speelt zuster Soun het klaar zich goed van haar taak te kwijten. Zij is een getalenteerde vrouw. Omdat haar moeder met 90 jaren ernstig ziek is, heeft zuster Soun haar verlof voor 2015 geanticipeerd en verblijft sinds september 2014 bij haar zieke moeder in Zuid Korea.

Zuster Mary-Pascal (Zimbabwe) is verantwoordelijk voor het Diocesane Pastorale Centrum, een plaats waarvan zeer druk gebruik wordt gemaakt door groepen van verschillende richtingen, zowel kerkelijke als burgerlijke, voor cursussen, vergaderingen, workshops, enz. Dit centrum ligt 12 km buiten de stad en het huis waar de zusters van het ‘Kostbaar bloed klooster’ wonen, en van waar Zuster Pascal herhaaldelijk heen en weer moet rijden. God zij dank is er nog niets ernstigs gebeurd behalve soms autopech.

Zuster Michaëla (Zuid Korea) is werkzaam in het medisch centrum ‘Centre of Merci’. Dit is een zeer drukke plaats, maar zij doet haar best om met haar werkbelasting klaar te komen. Omdat wij ook meerdere HIV programma’s hebben lopen in al onze klinieken heeft zuster Michaëla enkele malen deelgenomen aan scholing in HIV deskundigheid, inclusief ART behandeling en het gebruik van CD4 berekening machine om de virus belasting vast te stellen. Zij is ook verantwoordelijk voor de apotheek. Zij spreekt vloeiend Melanesian Pidgin.

Zuster Henriquetta is eveneens werkzaam in gezondheidszorg en is de Diocesane Manager voor Gezondheid. Zij is verantwoordelijk voor alle Katholieke gezondheid voorzieningen in het bisdom. Wij hebben een groot medisch centrum waar wij maandelijks ongeveer 4 tot 5 duizend patiënten behandelen, bovendien 400 zwangere vrouwen en 300 tot 400 baby’s. Wij opereren ook een Mobile Health Clinique waarmee wij lagere scholen in de stad en in de woonwijken bezoeken. Ook zorgen wij voor onze missionarissen vooral de senioren onder hen die steeds bijzondere aandacht nodig hebben.
Wij zorgen ook voor een afgelegen medische hulp post op een afstand van een volle dag rijden over een zeer slechte weg door bergen en over rivieren zonder bruggen. Het is een grote omschakeling van het hete Lae aan de kust naar het Menyamya District met zeer koude nachten. (De St. Matthew buitenstatie ligt op 2200 meter hoogte.) Het is steeds weer een interessant pastorale trip. Dit jaar zijn wij er twee maal geweest en ik heb plannen er in februari weer heen te rijden.
Dit is juist een beperkte indruk van onze ervaringen van leven en werken in de PNG missie. Wij koesteren een droom van een nieuwe missie in de Filippijnen en in Indonesië zodat we enkele communiteiten in de ‘buurt zullen hebben.’

Zr. Henriquetta en de CPS Zusters
van de Papoea Nieuw Guinea Communiteit, Lae/Eriku.
 
Missieteam PNG 1971 met de zusters Clemence, Godelief, Paul, Margeret, Bosco. Zuster Clemence bij Clinic of Mercy Zuster Henriquetta uit Mozambic in de Clinic of Mercy Zuster Michaela uit Korea in de apotheek van de Clinic of Mercy Eerste hulp post in de Bumbu wijk Voorlichtings lessen door Zuster Godelief Leyten HIV bestrijding Voorlichtingslessen door Zuster Godelief Leyten in PNG De zusters Clemence en Godelief Ere loge HIV voorlichting HIV voorlichting Inwijding van de nieuwe bisschop. Koreaanse CPS zuster Medische hulppost Boundery Road Zr.  Clemence Klever Zr. Clemence Klever 2 Zr Clemence en zr. Godelief op de Markham brug Zr. Clemence met collega\'s Zr. Godelief Leyten Zr Margeret en Jan Oldenburg Zr Margeret met Henk Jansen, Jan Oldenburg, Piet van Deursen, Jan Kleijn, Bisschop H. van Lieshout en Jan Verheijen